Wil je weten hoe je het geluidsniveau van nieuwe installaties bepaalt? Met slimme meetmethoden, inzicht in geluidsnormen, en het juiste meetapparaat, kun je de geluidsbelasting snel in kaart brengen. Zo voorkom je verrassingen, gedoe met de buren of boetes door geluidsoverlast.
Bij het meten van het geluidsniveau kijk je altijd naar belangrijke zaken zoals decibellen, frequenties en achtergrondgeluid. Je vergelijkt de uitkomst met de geldende geluidsnormen voor woningen of bedrijfspanden. Zo weet je zeker dat de installatie binnen de regels blijft.
Het meten van geluid kan eenvoudig met een decibelmeter. Maar vergeet niet te letten op omgevingsgeluid, het gebruiksmoment van de installatie en wettelijke eisen. Wil je alles uit handen geven? Specialisten kunnen jou ondersteunen bij het hele traject, van eerste geluidsmeting tot praktische oplossingen. Zo houd je grip op ieder geluidsprobleem en geniet je zorgeloos van je nieuwe installatie.
Geluidsniveau van nieuwe installaties meten: Praktisch en nauwkeurig
Geluidsniveaus bepalen bij nieuwe installaties vraagt om een methodische aanpak waarmee je voldoet aan wet- en regelgeving zoals het Bouwbesluit en de richtlijnen van het Nederlands Normalisatie-instituut (NEN). Door gebruik te maken van meetinstrumenten zoals een klasse 1 geluidsmeter van Brüel & Kjær of Casella en het volgen van gestandaardiseerde meetprotocollen (denk aan NEN-ISO 1996 of NEN 5077), zorg je voor betrouwbare resultaten. Je vergelijkt de meetwaardes altijd met grenswaarden die opgelegd zijn door het Activiteitenbesluit milieubeheer of gemeentelijke voorschriften.
Belangrijke factoren bij het beoordelen van geluidsniveaus
Geluidsemissie beoordelen doe je nooit in isolatie. Het totaalplaatje vraagt aandacht voor verschillende omgevingsfactoren, type installatie en het gebruik van dempingstechnieken. Zo houden we bij Lasinstallaties altijd rekening met:
- Omgevingsgeluid: Het achtergrondniveau vanaf bijvoorbeeld drukke straten of naastgelegen bedrijven verschilt per locatie. Wij filteren dit standaard uit de uiteindelijke geluidswaarde.
- Installatietype: Een verwarmingsinstallatie, airco-unit of ventilatiesysteem produceert elk zijn eigen klank en frequentiespectrum. De bron bepaalt de meetstrategie.
- Ruimtelijke akoestiek: Reflecties of absorptie door vloeren, wanden, plafonds en zelfs kunststof kozijnen (lees hier meer: Kunststof kozijnen en geluidsisolatie) beïnvloeden het gemeten geluid enorm.
- Gebruikstijdstippen: Veel installaties draaien wisselend overdag en ’s nachts, wat gevolgen geeft voor de berekening van het geluidsniveau (denk aan Lden en Lnight waarden).
Stappenplan: Geluidsniveau van installaties bepalen
Met een duidelijk stappenplan wordt het bepalen van het geluidsniveau transparant en eenvoudig te volgen:
- Voorbereiding: Check het installatietype, verzamel bouwtekeningen en bepaal de meetlocaties (binnen of buiten, nabij gevels, eventueel in technische ruimtes).
- Meetapparatuur instellen: Gebruik een gekalibreerde geluidmeter (zoals de Svantek SVAN 971) volgens de juiste meetstandaard (meestal NEN-EN-ISO 11201 of 3744).
- Basismetingen doen: Meet het achtergrondgeluid zonder installatie en daarna het geluid mét de installatie aan op verschillende tijdsmomenten.
- Analyse: Trek het achtergrondgeluid af van het gemeten totaal, beoordeel pieken (dynamiek) en het frequentiespectrum.
- Vergelijken en rapporteren: Leg de meetwaarden naast de wetgeving (VA/NPR 5077, Bouwbesluit) en beschrijf verbetervoorstellen als de grenswaarden overschreden zijn.
Geluiddemping en akoestisch advies voor nieuwe installaties
Akoestische verbeteringen aan installaties zijn essentieel om binnen de wettelijke kaders te blijven en hinder te vermijden. Bij Lasinstallaties werken we samen met fabrikanten van geluidsdempers zoals Sontech en leveranciers van akoestische panelen (Rockfon, Ecophon) om een optimale oplossing te realiseren.
- Geluidsabsorberende materialen: Deze panelen en wolsoorten verlagen reflecterende geluidsgolven in technische ruimtes en bij inbouw van bijvoorbeeld ventilatie-units.
- Geluidsisolerende omkastingen: Speciaal ontworpen behuizingen rondom broninstallaties zoals compressoren of warmtepompen verminderen het geluidsniveau bij de bron zelf aanzienlijk.
Voor situaties waar geluidsisolatie samenkomt met renovatie- of bouwprojecten, kun je direct toepassen wat je hier leert op onderwerpen als vloeren leggen (Bekijk onze vloeroplossingen) of dakkapellen voor een stiller en comfortabeler huis.
Verschillende soorten geluidsbronnen en meetmethoden
Elke installatie vereist zijn eigen meetstrategie. Het bepalen van het geluidsniveau is anders bij luchtbehandelingskasten, warmtepompsystemen en bijvoorbeeld koelinstallaties. Wij onderscheiden:
- Luchtgeluid: Rechtstreekse meting van het geluid dat zich via lucht verplaatst, vaak met een geluidsmeter nabij de bron of op de gevel.
- Contactgeluid: Trillingen via leidingen of constructiedelen, te meten met een trillingsmeter (zoals een Brüel & Kjær accelerometer) en aandacht voor bouwkundige overgangen.
Veelvoorkomende normen en regelgeving rondom installaties
Het is cruciaal om up-to-date te zijn met de actuele normen zoals die van het RIVM, Milieu Centraal en de Europese Unie. Wetenschappelijke organisaties stellen eisen aan maximale geluidsdruk (dB(A)), blootstellingsduur en specifieke meetmethoden (ISO 140 series). Gemeenten en de Rijksoverheid hanteren secundaire locatiespecifieke eisen, bijvoorbeeld bij scholen, ziekenhuizen en woonwijken.
Wil je nog meer weten over gerelateerde werkzaamheden en akoestisch comfort bij bijvoorbeeld badkamers? Klik dan door naar onze tips en adviezen: Ontdek onze badkameroplossingen.
Met zorgvuldige geluidsmetingen, gedetailleerde rapportages en toepassing van de juiste akoestische oplossingen houden we ieder project vakkundig stil. Onze kennis van zowel techniek als regelgeving maakt jouw installatie betrouwbaar én toekomstbestendig.
Meest gestelde vragen
1. Hoe meet je het geluidsniveau van een nieuwe installatie bij Lasinstallaties?
Bij Lasinstallaties start je altijd met een gekalibreerde decibelmeter zoals de Brüel & Kjær 2250, die voldoet aan de normen van het RIVM en NEN-EN-ISO 11201. Je zet de installatie aan op volle kracht en meet het geluid op verschillende afstanden in de ruimte, bijvoorbeeld in een fabriekshal of een werkplaats in Rotterdam. Zo zie je direct of de installatie binnen de wettelijke geluidslimieten blijft.
Een handige tip van geluidsconsultant Peter de Groot: documenteer alles nauwkeurig, inclusief de instellingen van de meetapparatuur. Je voorkomt discussies met de omgevingsdienst en jouw klant weet precies waar hij aan toe is. Vergeet niet storende achtergrondgeluiden tijdens de meting uit te sluiten voor een realistisch resultaat.
2. Hoe interpreteer je de decibelwaarden van nieuwe installaties volgens de arbowet?
De decibelwaarden die je meet, geven aan hoeveel geluidsdruk er vrijkomt bij gebruik. Volgens de Arbowet en richtlijnen van TNO mag langdurige blootstelling boven de 80 dB(A) zorgen voor gehoorbeschadiging. Daarom controleer je of het gemeten geluidsniveau met een klasse 1 geluidsmeter van PCE Instruments onder deze grens zit, vooral bij machines als luchtpompen, compressoren of persinstallaties.
Moet je in een druk stadscentrum zoals Amsterdam installeren? Bekijk dan ook de lokale regelgeving. Vaak gelden daar strengere normen. Met een meetrapport van Lasinstallaties help je jouw klant om risico’s te beperken en verzeker je dat het werk veilig én comfortabel blijft.
3. Welke technieken helpen om het geluidsniveau van installaties te verlagen?
Wanneer je merkt dat het geluidsniveau te hoog is, kun je direct maatregelen nemen. Denk daarbij aan geluidsabsorberende panelen van Rockfon, rubberen trillingdempers en een slimme akoestische omkasting. Bij grote installaties werken lasbedrijven zoals Lasinstallaties vaak samen met ingenieurs van TNO voor een optimale geluidsreductie.
In praktijk bij een nieuw ventilatiesysteem? Plaats een akoestisch scherm tussen de bron en de ontvanger: zo demp je effectief de geluidsuitstoot naar omliggende kantoren of woningen. Combineer dit met periodiek onderhoud – want versleten onderdelen veroorzaken vaak onnodig extra lawaai.
